Rosacea is een chronische, zichtbare aandoening van de huid en vaak ook van de oogjes die zich voornamelijk manifesteert bij volwassenen met lichte huidskleur. Het kan gevolgen hebben voor zowel de huid als de slijmvlies laesies in de oogkas, waarbij dit vaak gelokaliseerd is op het neusgebied en rond de mond. Sinds het ontdekken van de aandoening door French dermatologist Pierre Louis Alibert in 1752 is het bekend dat deze aandoening zijn eigen kenmerken heeft.
Voor een gedetailleerde beschrijving van de symptoms en ernaar verband houdend gedrag zie Symptomen van rosacea.
Deze aandoening manifestert zich meestal tussen het vierde en vijftiende levensjaar en kent drie verschillende fases: teleangiectasie (rote veleuzen op het neusgebied), papulo-pustulair (roodheid met pustules of blaren), en pleomorphic rosacea (ontsteking van de huid samen met het bovengenoemde). De ogen kunnen ook gepre statueerd worden door een staalkorsting van de oogleden ([ophthalmia]()) of beuken van de iris ([iridocyclitis]()). Vaak neemt het aantal postules toe na het einde van het menstruatiecycli, wat plotseling kan optreden bij oudere personen, waardoor verwardheid en wantrouwen ontstaan. Er bestaat geen genezing of gecureerde cure voor deze aandoening, maar als behandeld wordt kan er een significante verbetering bereikt worden door goed keuze van het juiste product en regelmatige gebruik.
Alhoewel rosacea primair voorkomt bij individuen met lichte huidskleur, kan het in alle rassen voorkomen. Het teleangiectasie stadium van de aandoening toont zich meestal als rode veleuzen op het neusgebied. Nadat rosacea ontwikkeld is, kunnen deze symptomen zich verder verspreiden naar andere delen van het gezicht. Zo lijkt de papulo-pustulair stadium gerichte te zijn op de cheeks en neus, terwijl pleomorphic rosacea zich weer op de huid langs de neusrand en rondom de mond manifesteert. Ook blaren kunnen optreden op elk deel van de gezichtshuid, soms alleen tijdens de wintermaanden. Of ze prikken of niet, hangt af van het type rosacea dat aanwezig is. Er is aangetoond dat pustules zich openlaten wanneer ze meer dan twee maanden zitten, zodat je informatie over de duur van uitzonderlijke uitbraken van vital belang is.
Tot nu toe bestaat geen duidelijke relatie tussen familiaire patronen en risico's voor rosacea. Wel zijn genetic studies aangezet om af te komen wie predisposeerd is voor deze aandoening, waarbij genen zoals hepatocyte growth factor receptor ([HGFR]), pimonidazole reduced, and hypericum perforatum genetisch onderzocht zijn. HGFR werd identificeerd als predisponering factor voor teleangiectasie werkte samen met pimonidazole reduced voor roosheid in combinatie met bepaalde factoren in de persoonlijke voorgeschiedenis als alkohol en koffieConsumptie. Daarmee herinnert men zich dat geen enkele stap meer hulpzaam kan zijn tegen deze gewenste samenhang tussen familiale patronen en rosacea. Meestal wordt er gefocust op een middeltermijnoptredende besmetting door Borrelia burgdorferi of group A streptococcus bacteriën als mogelijke oorzaak voor rosacea en daarmee gerelateerde chronische eitrige inflammation ofcheesia reflux disease. Tot nu toe bleek echter nooit een overtuigende explicatie geboden te worden voor het development of this chronic condition. Er is nog wel interesse om verdere oorzaken op te sporen door atribuerende populistische media in te schatten en wellness marketers uit te buiten, waarmee gezondheidsbewustzijn verschaft wordt om fadisme te voorkomen. Maar pas na onderzoek garanderd te hebben dat information gebaseerd is op experimentele studies om zo snel mogelijk hiernaartoe te komen op basis van nieuwe ontdekkingen ten profijt van patientengemeenschappen die een minder pijnlijke leefstijl kunnen voeren en eventueel een genezing konden verkrijgen als wetenschappelijke methodologies ontwikkeld zouden worden.